Deze recensie is geschreven voor Amphora, tijdschrift voor gymnasiasten.
“Gelukkig,
ze hebben normale kleren aan”, zegt de ene KCV'er tegen de andere
terwijl de zaal volloopt. En inderdaad, de drie spelers van Aluin
staan in alledaagse kleding, ontspannen het binnenkomende publiek
groetend op de vloer. Er is geen decor behalve twee stoeltjes en een
tafel, en een klein rood koffertje. Tien klassiekers in één uur
belooft Theatergroep Aluin ons. Kan dat eigenlijk wel? En kun je dat
überhaupt wel maken ten opzichte van die werken? Het zal mij –
zo'n zes jaar geleden deed ik eindexamen in Euripides, inmiddels ben
ik bijna afgestudeerd als dramaturg – benieuwen.
De
woorden die een recensie van deze voorstelling in elk geval zou
moeten bevatten zijn 'sneltreinvaart', 'lach-of-ik-schiet' en
'to-the-point'. Zo. Allereerst krijgen we de dramatische kern
voorgeschoteld van een aantal Griekse tragedies: de hele 'Oresteia'
van Aischylos (vanwege de ingewikkelde namen voor het gemak nog even
herhaald in het Haags met hedendaagse archetypetjes als Jokertje,
Kabouter en Matsoe-Matsoe) 'Oidipous' en 'Antigone' van Sofokles,
'Medea' van Euripides (“tien jaar jonger dan Sofokles, maar nog
steeds al zo'n 2500 jaar dood”). Vervolgens gaan we over op
Shakespeare. Het rode koffertje gaat open en met acht barbiepoppen
wordt overzichtelijk het onnavolgbare 'Een Midzomernachtsdroom'
uitgebeeld (pijnlijk genoeg vele malen grappiger dan de versie van
het Nationale Toneel die dit seizoen ook speelt...). Als daarna
'Romeo en Julia' aangekondigd wordt klinkt van achter uit de zaal een
nauwelijks onderdrukte “yes!”. Na 'Othello' en 'Hamlet' (of was
het nu eerst 'Hamlet', dan 'Othello'?) nog 'Macbeth', en er wordt
afgesloten met een goeie interpretatie van 'Julius Caesar'. Alles bij
elkaar iets meer dan een uur, het is ze vergeven.
Het
past eigenlijk niet om te zeuren bij zo'n energieke jubelvoorstelling
waarin zoveel grappigs te zien is, maar 'Hamlet' vond ik zowel qua
stuk als qua personage niet zo goed uit de verf komen. De plot werd
uit de weg gegaan waardoor hij een karikatuur werd, maar dan niet met
behoud van de kerneigenschappen, zoals bij de rest wel het geval is.
Goed, genoeg mineur, want alles wel beschouwd is het werkelijke
wonder van deze voorstelling dat er in het behandelen van tien
klassiekers maar één dipje zit. Er is juist met verrassend respect
voor de klassiekers gewerkt, en dat merk je. Het is natuurlijk
slapstick en de voorstelling is enorm gezellig, terwijl de
gebeurtenissen in de originele stukken veelal bij lange na niet
gezellig zijn. Maar wanneer het originele materiaal gespeeld wordt,
komt het binnen. De lachende en soms kletsende zaal werd stil op
momenten dat er monologen en dialogen uit de klassiekers werden
gespeeld. Dat zegt allereerst iets over de kracht van het materiaal,
maar tegelijkertijd wordt het afgedwongen door het overtuigende spel
van de spelers.
Het is knap hoe de
sympathieke spelers snel schakelen tussen klassiekers, tussen de taal
van de oude auteurs en de taal van nu, tussen humor en tragiek. De
voorstelling is flitsend gemonteerd en dat vereist techniek. Die is
er, dus het resultaat is een beheerste en toch uitbundige
voorstelling. Een goede introductie die uitnodigt tot verdere
verdieping, en voor mij persoonlijk een prettige opfriscursus. Dus
het antwoord op de vraag: 'kan het eigenlijk wel, en kun je het
maken?' moet zijn: 'ja'. De klassieke teksten bewijzen hun
dramatische waarde omdat ze in een humoristische samenvatting van
telkens een paar minuten meeslepend kunnen zijn. Klassiekers als
entertainment blijven toch wel klassiekers.
Voor
de speellijst van 'Ken je Klassiekers' zie www.aluin.nl.
De voorstelling is ook te boeken voor middelbare scholen. Verder
speelt Aluin dit seizoen nog 'Medea unplugged', 'Oidipous unplugged'
en 'Ken je Klassiekers II - De Bijbel'.